Onze vooruitblik - juli 2021

Onze vooruitblik - juli 2021

In deze vooruitblik bespreken wij onze verwachtingen voor de komende periode. 

Covid-19

Het coronavirus speelt nog steeds een belangrijke rol bij het verloop van het economisch herstel. Het is helaas nog te vroeg om te stellen dat de strijd tegen het coronavirus is gewonnen. Zolang het virus rondwaart, bestaat het risico dat nieuwe gemuteerde varianten het economisch herstel vertragen. 

Desalniettemin gaat het de laatste maanden de goede kant op. Wereldwijd worden de opgelegde lockdownmaatregelen versoepeld. Belangrijk is de implementatie van vaccinatieprogramma’s wereldwijd. De stijgende vaccinatiegraad biedt goede hoop dat het economisch herstel doorzet, waardoor bedrijfswinsten verder kunnen stijgen.

Aandelenkoersen

Ondanks de flinke koersstijging van aandelen tijdens het 2e kwartaal, is de waardering op basis van de koers/winstverhouding niet verslechterd. Dit is te verklaren doordat de winstverwachting van aandelen nog sterker is gestegen dan de koersen. Hierdoor is de waardering het afgelopen kwartaal zelfs licht verbeterd.

De stijgende winstverwachtingen zijn het resultaat van gunstige vooruitzichten voor de wereldeconomie. Steeds meer landen slagen erin om Covid-19 beter onder controle te krijgen, waardoor zij de coronabeperkingen verder los kunnen laten. Hierdoor neemt de werkgelegenheid toe, evenals de mogelijkheid tot consumptie.

Daarnaast steunen veel overheden hun economie zowel monetair als fiscaal. Dit resulteert in een gunstig ondernemingsklimaat en een hoger besteedbaar inkomen voor veel consumenten. Met het vooruitzicht op verder stijgende bedrijfswinsten, zien wij ruimte voor aandelen om verder in waarde toe te nemen.

Inflatie

Zoals beschreven in ons kwartaalbericht zijn inflatieverwachtingen opgelopen als gevolg van een sterk aantrekkende economie. Centrale bankiers beschouwen de hogere inflatie als een logisch (tijdelijk) gevolg van de economische heropening. 

Centrale banken hebben daarom niet het voornemen om de inflatie te bestrijden met het verkrappen van de monetaire steunmaatregelen. De koersontwikkeling van financiële waarden zal dus voorlopig nog worden gesteund door de lage beleidsrentes en obligatie-opkoopprogramma’s van centrale banken. Financiële markten lijken het in grote lijnen eens te zijn met de verwachtingen van centrale banken. Dit neemt niet weg dat inflatieontwikkelingen op korte termijn tot meer beweeglijkheid van de koersen en rentes kunnen leiden.

Het verleden leert ons dat een combinatie van factoren kán bijdragen aan een sterke stijging van de inflatie. Daar staat tegenover dat de structurele factoren die inflatie al decennia laag houden (technologische innovatie, globalisatie en vergrijzing) nog altijd sterk aanwezig zijn. 

Conclusie

Het coronavirus blijft voorlopig een factor die op de korte termijn tot beweeglijkheid op de beurzen kan leiden. Hoewel het risico op nieuwe onvoorspelbare virusmutaties blijft bestaan, zijn de vooruitzichten door de verhoogde vaccinatiegraad verder verbeterd.

Met deze verbeterde vooruitzichten verschuift de aandacht van de financiële markten steeds meer naar de economische groei. Centrale banken zijn  – ondanks de hogere inflatie – niet bang voor oververhitting van de economie. Om de arbeidsmarkt volledig te laten herstellen, houden zij voorlopig de ruime monetaire maatregelen in stand. Dit biedt goede vooruitzichten voor bedrijfswinsten en aandelenkoersen.


Deel via social media: